Nepal: Kathmandu & Bhaktapur
Dinsdag 4 april
Na een helse tocht waren we dan toch gearriveerd in Katmandu, in de wijk Thamel. Het bruisende centrum voor toeristen. Het was echter wel 03:00, midden in de nacht dus. Op dat tijdstip is Thamel een stuk minder bruisend en zelfs een hotel vinden bleek een opgave. Een nachtelijke ronselaar wist ons naar (wederom) een smerig hotel te loodsen. Omdat onze opties rond dat tijdstip beperkt waren besloten we voor een korte nacht te boeken. Direct in de ochtend gingen Roos en ik op zoek naar een beter hotel die we gelukkig snel konden vinden. Overdag is Thamel gelukkig een stuk aangenamer. Gedestilleerde les: beoordeel een stad nooit in het duister.
Woendag 5 april
Al snel voelden we ons thuis in het drukke gekrioel van Thamel. Ons nieuwe hotel zat aan een cafetje op een dakterras waar we heerlijke lassies (soort van yoghurtdrankje) en koffie dronken. Daar hadden we ook een beetje de tijd om de indrukken van India digitaal te verwerken: foto’s ordenen, blog schrijven. Ook een stamkroeg hadden we al te pakken in Kathmandu: Sam’s bar. We raakten hier aan de praat met 4 mannen die een aantal dagen later de Mount Everest zouden gaan beklimmen. En dan niet de hike naar het base camp: maar echt naar de top. (Later zou blijken dat zelfs voor topklimmers dit een brug te ver is: als je lichaam weigert moet je opgeven) Met dit multinationale gezelschap hebben we die avond nog een kroegentocht gemaakt die eindigde in de hipste club van Kathmandu: Ibyza. Les van vandaag: ook met een korte broek kom je gewoon in de hipste club binnen. De Nepalezen staren je dan wel een beetje vreemd aan.
Donderdag 6 april
De laatste volle dag in Thamel was alweer aangebroken. Die hebben we voornamelijk besteed aan uitslapen en nog wat shoppen. Les van vandaag: pinautomaten zijn vergelijkbaar met gokkasten in Nepal: je moet het gewoon heel vaak proberen, maar uiteindelijk keert de machine dan toch uit.
Vrijdag 7 april
Omdat Roos en ik van mening waren dat we Thamel wel gezien hadden besloten we om naar een ander deel van de stad te gaan. We verplaatsten ons naar de wijk Kimdol en checkten in bij een hostel met een veelbelovende naam: The Sparkling Turtle Backpackers Hostel. Vanuit hier beklommen we de 365 treden van de grootste stupa van de stad: Swayambhu. Op de terugweg namen we een detour door een grote woonwijk. Met groot enthousiasme werden we begroet door alle aanwezige kinderen en uiteraard kon Roos het niet laten om hier 4000 foto’s van te schieten. Les van vandaag: vraag aan je mede dorm-genoten of iemand slaapapneu heeft. Of zorg voor hele goede oordoppen.
Zaterdag 8 april
Vanuit ons hostel hadden we een goede uitvalsbasis om het oude historische centrum van de stad te bekijken: Kathmandu Durbar Square. Laat je niet foppen door de naam: Durbar Square is een stelsel van straatjes en pleintjes bezaaid met tempeltjes, beelden, grotere tempels, verkopers van hindoe- en budda-snuisterijen, hele kleine tempeltjes, een koninklijk paleis en natuurlijk nog meer tempels. Dit was voor mij de eerste keer dat ik me pas goed bewust werd van de ravage die de aardbeving in 2015 heeft aangericht. Veel bouwwerken waren niet meer toegankelijk voor het publiek en sommigen waren volledig ingestort. Overal waren scheuren, stutten en steigers te zien. Een treurige aanblik, zeker voor een land wat al de grootste moeite heeft om infrastructuur en constructie in goede banen te leiden. Les van vandaag: een film kijken in je hostel kan best met 8 man op een 11 inch scherm.
Zondag 9 april
Onze chilldagen in Kathmandu zaten erop. Het was tijd om richting Bhaktapur te gaan om te beginnen met ons vrijwilligerswerk. Vooraf aan onze reis heeft Roos contact gehad met het DMD Center In Bhaktapur. Het DMD Center is een instelling waar jongens met de spierziekte Duchenne Muscular Dystrofy worden geholpen. Duchenne is een progressieve spierziekte, wat wil zeggen dat de patiënten steeds meer spierkracht verliezen en op den duur kunnen de spieren niet meer gebruikt worden. Er bestaat geen remedie voor, uiteindelijk heeft de ziekte dan ook altijd een dodelijke afloop. In het DMD Center zou Roos haar werk als (kinder)fysiotherapeut toe kunnen passen. Voor mij was het vooraf nog een beetje onduidelijk wat mijn taak dan precies zou zijn.
Na het hostel te hebben verlaten pakten Roos en ik twee lokale (overvolle) bussen richting Bhaktapur. Bhaktapur is een stad die net als Kathmandu zelf in de Kathmandu vallei ligt en ongeveer 100.000 inwoners telt. Bij aankomst werden we opgepikt door Himal, de beheerder van het DMD Center. Himal is een man van in de 50 die zelf twee zoons had die lijden aan Duchene. “Had” inderdaad, want 1 zoon is inmiddels aan de ziekte overleden. Eenmaal aangekomen bij het DMD Center moesten Roos en ik even flink slikken. We hadden geen hoge verwachtingen van het DMD Center, maar toch werden we even negatief verrast. In het DMD Center bleken slechts 3 jongens aanwezig te zijn. In het verleden waren dat er meer, maar sommigen waren overleden en voor anderen bleek het voor de ouders toch vaak te lastig om hun zoon op het DMD Center te houden. Het DMD Center leek in de verste verte niet op een situatie zoals je deze vooraf zou voorstellen. Het bestond voornamelijk uit een schuurtje wat vol lag met knutselmateriaal. Letterlijk overal lag papier. Verder was er een centraal pleintje waar een paar plastic stoelen stonden. Naast het DMD Center stond een gebouw wat ik het beste kan omschrijven als een appartementencomplex. In dat gebouw woonden of logeerden de jongens met Duchenne en vaak ook hun families. Verder woonden er ook een aantal andere families en was er een ruimte voor vrijwilligers zoals Roos en ik. Onze ruimte was dan ook niet meer dan een “hok” met een bed. Verder was er een klein badkamertje met een WC (zonder WC bril, of werkende spoelbak) en douche. Alles heel krakkemikkig, heel smerig en 1 van mijn persoonlijke frustraties: ik kon nergens rechtop staan. Het plafond was zo’n 1.75m en met mijn 1.85 liep ik dus overal gebogen.
Roos en ik keken elkaar aan: waar waren we terecht gekomen? Was dit de plek waar we een aantal weken wilden verblijven? Gingen we dit volhouden? De moed zakte ons in de schoenen. Na wat kennismaking met anderen op het DMD Center gingen we vroeg slapen en zouden wel zien wat de dag ons morgen zou brengen.
Maandag 10 april
De eerste echte dag vrijwilligerswerk was aangebroken. Nog enigszins onthutst van onze aankomst werden Roos en ik voor ontbijt uitgenodigd. Dhal Bat; het lokale rijstgerecht: toen nog niet wetende dat we dit gerecht de komende weken nog heel erg vaak zouden eten. Na het ontbijt kon Roos aan de slag met fysiotherapie voor de jongens. De 3 jongens die op het DMD Center aanwezig waren, waren Dipesh, Suraj en Suraj. Om de laatste uit elkaar te houden werden deze door ons omgedoopt tot Suraj1 en Suraj2. Dipesh was 20 en sprak het beste Engels, al moet je daar ook niet teveel van voorstellen. Suraj1 was 19 en sprak ook redelijk Engels. Suraj2 bleek de zoon van Himal te zijn en was 27. Suraj2 sprak niet veel, met niemand. Deels door een gebrek aan Engels, maar ook vooral omdat hij dat niet wilde. Alle jongens zaten ongeveer in dezelfde fase van hun ziekte. Vrijwel geen enkele beweging konden ze meer zelfstandig maken, enkel wat beperkte hand- en vingerbewegingen. De dagen brachten ze dus liggend of zittend door. Iedere andere beweging, of zelfs rechtop zitten, moesten ze bij geholpen worden. Roos bewees maar weer eens dat ze rechtstreek uit de hemel kwam. Binnen de kortste keren zat ze bij de jongens, maakte een praatje, deed rekoefeningen, tilde ze rechtop, deed functieoefeningen en bedacht 100 dingen die verbeterd zouden kunnen worden. Les van vandaag: het water in de badkamer komt van en grote ton op het dak. Die krijgt het water weer uit een put in de tuin. Het water is dan ook zo helder als bitter lemon.
Dinsdag 11 april
Vandaag leerden we de omgeving waar we terecht waren gekomen wat beter kennen. In het appartementencomplex bij het DMD center woonden verschillende mensen. Daarnaast bleek het DMD Center ook een zoete inval voor allerlei mensen uit de buurt. Langzaamaan begonnen we de familieleden van de jongens leren te kennen en ook de rollen van de andere mensen uit de buurt.
Roos en ik hadden geluk: het was festivalseizoen. Het Biska Jatra festival was aangebroken en dat was blijkbaar het evenement van het jaar. Dat begon in de avond met het trekken van de wagen. De stedelingen hadden een grote houten wagen in elkaar gezet met daarop een soort tempeltje met 3 dakjes. Die waren aan voor- en achterzijde voorzien van grote touwen. De mannen van de Noordzijde van de stad trokken aan de ene zijde en de mannen van de Zuidzijde aan de andere kant. Zo werd de wagen een aantal keer door de straat op en neer getrokken. Een vreemd tafereeltje, maar de Bhaktapurianen leken zich er erg mee te vermaken. Les van vandaag: een officieus onderdeel van het Biska Jatra festival is dat mensen met elkaar op de vuist gaat. “Maar dat hoort er nu eenmaal bij”; bevestigde Himal me.
Woensdag 12 april
In het DMD Center woonden we bij een “familie”. Niet echt 1 of meerdere verwante gezinnen, maar meerdere mensen die een verwantschap met de jongens hadden of een taak binnen het centrum. Roos en ik hadden voor het gemak deze zoete inval omgedoopt tot “de familie”. Tot op de dag van vertrek zouden we nog steeds niet helemaal kunnen zeggen wie nu wie is. Dikshya, een meisje van een jaar of 9, had ons uitgenodigd om vandaag te komen kijken naar haar dansvoorstelling op school. Eenmaal aangekomen op de school bleek het niet alleen om een dansvoorstelling te gaan, maar de gehele afsluiting van het schooljaar. Daarbij hoorde blijkbaar ook ellenlange (Fidel Castro-achtige) speeches van de lokale bobo’s bij. Bovendien werden er nog 200 leerling-awards uitgereikt voor de meest uiteenlopende categorieën. Gevolg was dus dat we het grootste gedeelte van de dag lost in translation op een stoeltje bij de lokale school hebben doorgebracht. Les van vandaag: tijd is relatief in Nepal. Niet in de zin van Einsteins theorie, maar wel als het om tijdstippen of tijdsduur gaat.
Donderdag 13 april
Geleidelijk probeerden we iets meer structuur in het vrijwilligerswerk te brengen. Al is dat iets wat in Nepal moeilijk voor elkaar te krijgen is, het DMD Center was daar geen uitzondering op. Gelukkig genoten de jongens wel van onze aanwezigheid en werden de fysiobehandelingen van Roos ook gewaardeerd. Vanwege het festival werd ook het avondmenu hierop aangepast. Allerlei kleine bijzondere gerechtjes, uiteraard met rijst, werden geserveerd. Later in de avond werden we door de familie uitgenodigd om naar de “Erection of the Yoshin Pole” te komen kijken. Om Freudiaanse verwarring te voorkomen: dit is een ceremonie waarbij de lokale jongemannen een enorme paal (boom) met touwtrekken opheffen op een plein. De eerste paal brak halverwege in de lucht af, midden in het publiek. De tweede paal werd met succes overeind gezet. Les van vandaag: later hoorde we dat er 2 doden zijn gevallen bij het afbreken van de eerste paal. “Maar dat hoort er nu eenmaal bij”; bevestigde Himal me.
Vrijdag 14 april
Voor de Nepalezen was het nieuwjaar. Dus dat moest gevierd worden. Niet in de nacht, maar gewoon op de eerste dag. Roos en ik werden door de familie uitgenodigd om mee het stadje in te gaan. In het centrum aangekomen ontvouwden zich een van de meest bizarre rituelen die ik ooit van zo dichtbij bekeken had. De hele stad was erop uit getrokken en had zich sierlijk uitgedost met festivalkledij. De vrouwen hadden een schaaltje bij waarop voedsel lag dat later geofferd werd. In een lange sliert liepen Roos, ik, de rest van de familie en zo’n beetje de rest van de hele stad over verschillende pleinen. Op ieder plein was weer iets nieuws te zien. Kleine muziekgroepjes (a la dweilorkestjes), dansende groepjes mannen, dansende groepjes vrouwen, tempeltjes en beeldjes. Op vrijwel alle plaatsen wordt iets geofferd voor de goden. Meestal is dit rijst wat over beeldjes wordt uitgestrooid, maar ook ander voedsel en bloemen. Bij een grotere tempel op een verhoging was het dringen geblazen. Bovenop stonden lokale mannen klaar met een mes kippen aan te nemen van de rij met pelgrims. Zodra er weer ruimte was bij het beeld werd de kip ter hand genomen, onthoofd en het bloed over het beeld uitgestrooid. Het kippenhoofd werd weer teruggegeven en triomfantelijk op de offerschaaltjes gelegd. Zo volgde nog een hele stoet met allerlei andere tafereeltjes die onmogelijk goed te beschrijven zijn als je er niet bij was. Enigszins shocked aanschouwden Roos en ik alles en gingen daarna weer terug naar het DMD Center voor een stevige lunch (uiteraard Dhal bat). In de avond werd de Yoshin Pole, die enkele dagen eerder overeind was gezet, weer met spierkracht van de lokale jongemannen omlaag getrokken. Dit keer gelukkig geen doden. Les van vandaag: voor een organogram van de hiërarchie van Hindoeïstische goden heb je meer dan 1 A4tje nodig.
Zaterdag 15 april
Naast de activiteiten binnen het DMD Center was er door de familie behoorlijk wat tijd voor andere activiteiten gereserveerd. Vandaag stond een tripje naar buurdorp Thimi op de planning. Ook de Thimianen waren volop in het festivalseizoen en gaven daar hun eigen draai aan. De lokale dorpsgek vond het een mooie gelegenheid om een flinke spies door zijn tong te steken en hiermee door het dorp te paraderen. Gevolgd door een grote stoet fans die beelden en bloemen meedroegen. Om het geheel (letterlijk) kleur te geven werd regelmatig oranje poeder rondgestrooid waardoor een groot deel van de bezoekers van top tot teen in het oranje gehuld waren. Koningsdag on acid, zeg maar. Les van vandaag: alcohol uit de winkel is veel te duur voor de gemiddelde Nepalees. Dus de dronkenlappen die we tegenkwamen hadden dat vooral te danken aan eigen gestookte drank.
Zondag 16 april
Voor Roos en mij was het tijd voor een vrije dag. We besloten om de bus naar en ander buurdorp, Nagarkot, te nemen en daar te overnachten. In Nagarkot kreeg ik weer even het gevoel van comfort terug. Hoewel het echt niet luxe was, voelde een warme douche, ontbijt met ei, werkend internet en een kamer waar ik rechtop kan staan opeens aan als verwennerij. In Nagarkot maakten Roos en ik onze eerste hike in Nepal. Een route dwars door bos, bergen en dorpjes. Op een aantal uitkijkpunten konden we de toppen van de noordelijke Himalaya zien. Imposante pieken met sneeuw, maar helaas was het te mistig om er echt een helder beeld van te krijgen. Les van vandaag: vertrouw niet teveel op je intuïtie of iets een wandelpad is of niet. Vertrouw op de GPS coördinaten.
Maandag 17 april
Vandaag stonden we erg vroeg op om de zonsopgang te kunnen zien. Hiervoor moesten we eerst een wandeling van 4km bergopwaarts maken. Gelukkig kwamen we op tijd aan bij het uitkijkpunt: Nagarkot Tower. We waren een beetje sceptisch of we daadwerkelijk iets van het uitzicht konden zien vanwege de mistigheid de dag ervoor. Toch werden we beloond met een oranje-gele gloed over de bergtoppen van de Himalaya. Lang duurde dat niet, want kort na zonsopgang won de mist het weer van de zon. Daarna namen we de bus terug naar Bhaktapur om onze dag verder te vervolgen. Les van de dag: je weet zeker dat je een backpacker bent als de locals vaker van kleding wisselen dan jij.
Dinsdag 18 april – Zaterdag 29 april
Omdat het festivalseizoen voorbij was verliepen de dagen daarop wat regelmatiger. Roos en ik begonnen de dag vrijwel altijd met een stuk hardlopen. Nepalezen kennen het sport principe “hardlopen” niet. Als Roos en ik voorbij kwamen lopen werden we vaak aangestaard alsof Elvis op een vliegend tapijt voorbij kwam. Na de “morning walk” werd de tijd doorgebracht op het DMD Center. Fysiotherapie, maar er was ook voldoende tijd voor spelletjes, die stiekem ook een therapeutische component hadden. (Goed bezig Roos) Daarom heb ik van de dagen die hierop volgden ook geen uitvoerige beschrijving. Het vrijwilligerswerk ging zijn gangetje en Roos en ik hadden onze draai gevonden. In de avond namen we soms wat tijd voor onszelf en dronken buiten koffie en thee en als de verbinding het toeliet internetten we wat.
De jongens verbleven standaard op een bed in hun kamer. Overdag gingen Suraj1 en Dispesh meestal naar de patio in hun rolstoel. Suraj2 bleef vaak nog op zijn kamer. Het verbaasde ons dat de jongens vrijwel nooit buiten de poort van het DMD Center kwamen. We besloten hier verandering in te brengen. Dit bleek echter letterlijk een enorme drempel te zijn. Omdat het DMD Center niet aan de doorgaande weg lag, moesten de rolstoelen over een aantal trapjes getild worden, over oneffen grond verplaatst worden en door nauwe gangetjes geleid worden. Eenmaal buiten beleefden de jongens enorm plezier aan de verruiming van hun blik. We wandelden door Bhaktapur en bezochten plaatsen die de jongens graag weer eens wilden zien. Het maakte me treurig om te beseffen dat zonder de hulp van vrijwilligers de jongens vrijwel nooit dit soort uitstapjes maakten. Nog treuriger wellicht was het feit dat er in al die jaren nog niemand de moeite had genomen om de doorgang naar de straat rolstoelvriendelijker te maken.
Tussendoor brachten we nog een bezoekje aan Kathmandu, om daar te informeren naar een trekking. Zelf onderging ik een kleine transformatie door mijn haar te laten millimeteren, tot groot plezier van alle aanwezige locals.
De eenvoudige manier van leven in het centrum wende snel. Als er dan toch “luxe” was, werd de aanwezigheid van een fles bier door de familie omgedoopt tot “beer party” en de lokale snack momo tot een “momo party”. Ik voelde me warm welkom bij de familie en aan het einde van onze periode vrijwilligerswerk waren mijn bezwaren voor het gebrek aan comfort ondergeschikt aan het plezier dat er aan onze aanwezigheid werd beleefd. Na een aantal weken meedraaien in de lokale gemeenschap is me nog een belangrijke les bijgebleven: de (in mijn ogen) erbarmelijke leefomstandigheden zijn zeker niet alleen een kwestie van geld, mentaliteit speelt een rol van onschatbare waarde.
Zondag 30 april
Tijd om afscheid te nemen. Na het laatste ontbijt en iedereen van de familie bedankt te hebben op het DMD Center namen Roos en ik de lokale bus naar Kathmandu. We hoopten nog een glimp op te vangen van (wederom) een festival wat deze dag gevierd werd in Bhaktapur, dit keer met als thema het slachten van geiten, maar behalve veel mannen met een aangelijnde geit hebben we hier weinig van meegekregen. Onderweg in de bus viel de vriendelijkheid en behulpzaamheid van de Nepalezen me weer eens op; zonder een vraag voor wederkerigheid werden we nieuwsgierig aangesproken en kregen advies over van alles en nog wat. Terug in de wijk Thamel voelde het vertrouwd aan. Na een flinke onderhandeling wisten we een trekking te boeken naar de Mount Everest Base Camp. Dat zou onze uitdaging worden voor de komende twee weken. Roos en ik besloten de rest van de dag weinig te doen. Les van de vandaag: het eten van een pizza voelt als een sterrenmaaltijd, na drie weken rijst.
Fact sheet
Overnachtingen:
- Hotel Lalteen, Kathmandu
- Hotel Down Town, Kathmandu
- The Sparkling Turtle Hostel, Kathmandu
- DMD Center, Bhaktapur
- Nagarkot Bed and Breakfast, Nagarkot
Afstanden
- Kathmandu – Bhaktapur: 20km
- Bhaktapur – Nagarkot retour: 24km
- Bhaktapur – Kathmandu retour: 29km
- Bhaktapur – Kathmandu: 14km
Subtotaal: 87 km
Totaal: 9697km