Puerto Natales, Torres del Paine, Punta Arenas, Santiago
Maandag 6 november
Het grootste gedeelte van de dag stond vandaag in het teken van reizen. Hoewel de busrit slechts een kleine zeven uur in beslag nam, domineerde dit toch wel de dag, voornamelijk omdat in Patagonië bussen enkel tijdens daglicht lijken te rijden. Onze rit bracht ons van El Calafate in Argentinië terug naar Puerto Natales in Chili, waar we een week eerder noodgedwongen ook al een nachtje extra doorgebracht hadden. Gelukkig waren de condities flink verbeterd: na vier dagen verstoken te zijn van water was dit weer opgelost en dus waren ook de vele restaurantjes en winkeltjes gewoon weer open. Om onze conditietraining voort te zetten gingen Roos en ik ook hier een flink stuk hardlopen langs de Patagoonse fjorden. Ons keerpunt van de run, die we op de kaart hadden opgezocht, een vuurtoren, bleek in werkelijkheid niet meer dan lamp op een metalen stellage en viel dus wat tegen. Dit was in lijn met de buitenwijken van Puerto Natales, veel roestige industrie en vervallen huisjes. Gelukkig was ons hostel juist een heel gezellige plek waar we in de avond nog wat rondhingen en wat tips en tricks uitwisselden voor onze aankomende trekking. Les van de dag: van twee Duitsers kregen we gratis een busje met gas. Met 320 gram gas blijkt achteraf dat je prima voor vijf dagen kunt koken. (Jullie dachten dat ik een Duitsers-gas grapje zou maken hè?)
Dinsdag 7 november
Na het uitstekende ontbijt in het hostel (dit zou de komende tijd anders worden) gebruikten Roos en ik de dag voornamelijk om ons voor te bereiden op onze trekking door Torres del Paine. Net zoals vele andere bezoekers zouden we de W-trek gaan lopen: een vijfdaagse hike die tussen de meren en bergen door de vorm van een W heeft. Om de ervaring hiervan volledig te maken hadden Roos en ik besloten om tijdens deze trekking te gaan kamperen. Bij de verhuurder van kampeerartikelen werden we door de eigenaar herkend als lokale beroemdheden: “I saw you running all along the water yesterday!”. Nadat we daar de nodige tent, matrasjes en slaapzakken hadden geregeld waren we voorzien van gear. Omdat het Torres del Paine park enorm populair is brachten we ook nog een bezoekje aan Vertice, één van de organisaties die de campsites beheert, aangezien ze ons online niet de zekerheid van plekje konden geven. Gelukkig werd dit wel netjes bevestigd. Toen we ook het proviand binnen hadden bevestigden we onszelf dat we klaar waren om te gaan. Omdat de komende dagen het comfortniveau flink omlaag geschroefd zou worden, met name op culinair vlak, besloten we nog eens goed te gaan uiteten bij (naar ons idee) het leukste restaurant van het dorp. Les van de dag: ik heb mezelf in één dag weten om te scholen tot rantsoenguru. Grammen, calorieën, liters, mij maak je niks meer wijs. 😉
Woensdag 8 november
In de vroege ochtend namen Roos en ik een bus vanaf de busterminal naar het Torres del Paine park. Hier hadden we onze eerste meevaller, want aangezien de parkrangers aan het staken waren konden we wel naar binnen, maar hoefden we geen entreegeld te betalen. Het weer was weer uitstekend en na de busrit hadden we vanaf de boot die ons naar de andere kant van het park bracht een geweldig uitzicht op de imposante pieken waar het park naar vernoemd is: de Torres. Vanaf het eindpunt van de boot snoerden we onze rugzakken aan en begonnen de eerste hike naar onze eerste slaapplaats: Campamento Grey. De route van zo’n elf kilometer was goed te doen en eindigde in de buurt van de Grey gletsjer. Roos en ik installeerden onze tent op de campsite en plakten er nog drie kilometer aan door de gletsjer vanaf een nabijgelegen mirador te bekijken. Terug op de campsite was er, tot mijn verbazing, gewoon een warme douche aanwezig. In een houten gebouwtje kookten we op onze buta-gas brander ons eerste maaltje. Het samenzijn met de andere hikers gaf een verbroederend gevoel: we waren hier allemaal voor hetzelfde doel. In de nacht ging de temperatuur richting het vriespunt maar hielden we het toch redelijk warm in ons slaapzakje (behalve mijn voeten dan). Les van de dag: iedere keer dat ik “tent” schrijf, moet je “tentje” lezen, want het ding was nogal klein. Er was net genoeg ruimte voor onze matrasjes en spullen. Vanwege de typische vorm hadden Roos en ik de tent omgedoopt tot “de liggende taartpunt”.
Donderdag 9 november
In de ochtend bezochten Roos en ik na het ontbijt (havermoutpap, alle dagen) een extra mirador waardoor we ook een uitzicht van boven op de Grey gletsjer hadden. Met de eerste zeven kilometer in onze benen, pakten we onze spullen weer in en vervolgden onze weg naar het Paine Grande Campamento. Onderweg zagen we weer de schoonheid van het park: bossen, enorme rotspartijen en vlaktes. In het gletsjermeer dreven gigantische brokken ijs die de Grey gletsjer had afgegeven. In Paine Grande aangekomen zetten we onze tent weer op en moesten het voor die dag helaas doen met een koude douche. In de avond aten we ons maaltje samen met een Nederlands stel dat we al hadden leren kennen toen we onze tent gingen huren. Helaas konden zij vanwege de beschikbaarheid van campsites niet de hele route maken en hadden ze dus een alternatief verkort plan om het National Park te bezoeken. In de avond viel er een buitje over het kamp, maar dat was gelukkig niet echt een probleem voor ons. Les van de dag: wij hadden blijkbaar een drie-seizoenentent want voor de Patagoonse lente was ie niet helemaal gemaakt. Gelukkig waren Roos en ik inmiddels tentmasters zodat we hem zo strak konden opzetten dat het niet uitmaakte dat de buitentent waterdoorlatend was.
Vrijdag 10 november
Omdat de weersvoorspellingen voor vandaag ons vertelden dat het in de middag slechter weer zou worden, waren Roos en ik vroeg op pad. Nog voordat het pad officieel geopend was liepen we al richting ons rustpunt: campamento Italiano. Daar aten we ons ontbijt (yup, havermoutpap), lieten onze spullen achter en begonnen met de klim in de Frances Valley: een vallei die in zo’n 750 meter omhoog loopt tot een geweldig uitzicht op de Frances gletsjer. Daar aangekomen waren we een aantal keer getuige van het afbreken van kolossale brokken ijs die met hels kabaal naar beneden stortten. Na het bezoek aan de vallei liepen we weer terug naar Italiano, pikten daar onze spullen weer op en liepen door tot onze slaapplek voor die dag: Campamento Frances. Onze conditietraining had blijkbaar vruchten afgeworpen, want Roos en ik hadden niet echt het gevoel moe te zijn van de hike die dag. Het Frances kamp was een stuk minder uitgebreid opgezet en vanwege de heuvelachtige omgeving moesten Roos en ik ons tentje op een houten platform opzetten. Aangezien haringen in dat geval geen nut hebben, werd het opzetten van de tent vrij letterlijk een houtje-touwtje bedoeling. Na veel ingenieus vakmanschap met een zakmes, stokjes en stenen stond de tent overeind. Roos en ik kookten ons maaltje op ons platformpje. Gelukkig was werkelijkheid wat vertraagd ten opzichte de weersvoorspelling, zodat de regen ons niet tijdens het lopen lastig had gevallen. In de nacht regende het wel onophoudelijk, maar dat deerde ons verder niet. Les van de dag: onze matrasjes waren van een heel bijzonder materiaal gemaakt. Ze waren slechts een paar millimeter dik, maar je merkte niet eens dat je op een matrasje lag! (Ik hoop dat je het sarcasme hiervan te pakken hebt…)
Zaterdag 11 november
In de ochtend druppelde de regen nog een beetje na, maar gelukkig hadden we geen haast voor vandaag. Toen de regen zo goed als gestopt was en we ons ontbijt op hadden (je raadt het al: havermoutpap), liepen we verder oostelijk het park door. De uitzichten van het park waren weer machtig met enorme bossen en altijd de bergen en een azuurblauw meer in de achtergrond. Op een paar miezerbuitjes na liet de regen ons verder met rust. Dat in tegenstelling tot de wind, die af en toe flink van zich liet horen. Vientos de Patagonia, Patagoonse wind, is een bekend begrip en hier hebben we deze dag dan ook even behoorlijk kennis mee gemaakt. Roos’ raincover nam onderweg nog even een vrije vlucht en onze rugzakken zorgden ervoor dat we af en toe van links naar rechts geduwd werden (en allebei een keertje volledig omgewaaid zijn). Het pad liep voornamelijk over laagland waardoor we zo nu en dan door flinke moerassen en rivierbeddingen moesten waden. Dan kun je mooi waterdichte schoenen hebben gekocht, als het water tot boven je enkels komt, heb je toch gewoon natte voeten. De warme douche op ons laatste kamp, Campamento Central, leek alles toch weer goed te maken. Na ons laatste avondmaaltijd in het park gingen we al naar bed toen de zon nog niet eens onder was. Toch zou het slechts een korte nacht worden. Les van de dag: het voordeel van je voedsel langzaam opmaken is dat je tas steeds lichter wordt om te tillen. Het nadeel is dat dezelfde tas sneller een windvaantje lijkt te worden.
Zondag 12 november
Rond twee uur ’s nachts ging de wekker. Roos en ik hadden dit onchristelijke tijdstip uitgekozen om op te staan voor onze nachtelijke hike. Vanaf ons kamp zou het nog drie uur lopen zijn tot de mirador die uitzicht zou geven op de drie naamgevers van het park. Het is een attractie voor bezoekers om deze drie Torres bij zonsopkomst te bekijken. Dus gewapend met hoofdlampjes liepen we door het donker zo’n tien kilometer en 750 hoogtemeters omhoog. Ondanks het gebrek aan licht was de route goed te doen en het ochtendgloren was dan ook begonnen tegen de tijd dat we de mirador bereikten. Op het uitzichtpunt zagen we in de eerste schemering de drie Torres, al begonnen de wolken steeds meer terrein te winnen. We bleven nog anderhalf uur op het uitzichtpunt kijken in de hoop de Torres in volle glorie in het zonlicht te kunnen zien. Maar helaas leken de wolken te winnen en zagen we juist steeds minder van deze knapen. Volledig onderkoeld begonnen Roos en ik de weg weer terug naar beneden. In ons kamp aangekomen dronken we nog een koffie en thee, ruimden onze tent op en vervolgden onze laatste zeven kilometer naar het eindpunt van onze trekking: Lake Amarga. Daar pikte een bus ons weer op en bracht ons terug naar Puerto Natales. Onze vijf dagen en een kleine honderd kilometer hiken in het prachtige park zaten er op. We beloonden onszelf voor deze prestatie met een bezoekje aan ons inmiddels favoriete restaurant van Puerto Natales. Een bed met dekens en matras voelde opeens weer als een luxe na de afgelopen dagen. Les van de dag: om een minder nachtelijke trekking te maken hadden we ook kunnen overnachten in het nabijgelegen campamento Chileno van de organisatie Fantastico Sur. Maar aangezien deze organisatie beter Fantastico Duur had kunnen heten hebben we dat toch maar gelaten.
Maandag 13 november
Ondanks dat Roos en ik de trekking in Torres del Paine niet eens als een hele zware hadden ervaren, besloten we eens lekker uit te slapen. Rond het middaguur namen we vanaf het busstation, waar we al zo vaak geweest waren, de bus naar de volgende stad: Punta Arenas. Ruim drie uur later stonden we in het centrum van deze kuststad en begon ons proces weer van het vinden van een hostel, wat gelukkig snel geregeld was. Punta Arenas is een stad die niet bijzonder veel te bieden heeft. Roos en ik liepen een rondje door het centrum en regelden een tour voor de volgende dag. Les van de dag: de goedkoopste optie voor een privékamer is in Punta Arenas het boeken van een dorm in een heel rustig hostel.
Dinsdag 14 november
Punta Arenas ligt aan de Straat van Magellan: de zeestraat die het vasteland van Zuid Amerika scheidt met het daaronder gelegen eiland Tierra del Fuego, ofwel Vuurland. Dit ongerepte deel van Zuid Amerika is het habitat van de koningspinguïn, die Roos en ik wel eens van dichtbij wilden zien. De beste mogelijkheid om deze beestjes te zien was een Full Day Tierra del Fuego tour, dus in de ochtend werden we opgepikt met een busje en naar de haven gebracht. Daar staken we op een veerboot de Straat van Magellan over met aan de linkerzijde de Atlantische Oceaan en aan de rechterzijde de Stille Oceaan. Op Tierra del Fuego aangekomen brachten we eerst een bezoekje aan het dorpje Porvenir. Het was dat dit een verplicht onderdeel van de tour was, want van ons was het bezoek aan dit nogal treurige dorp niet nodig geweest. Hierna volgde de attractie waar we de tour eigenlijk voor geboekt hadden: de koningspinguïns. Deze grappige beesten met hun onhandige loopje waren geweldig om te zien en meer dan de moeite waard. Na een omzwerving over Vuurland, dat in het noordelijk deel uit voornamelijk steppe bestaat en verder helemaal niets, kwamen we aan in Bahia Azul waar we weer een oversteek over de Straat van Magellan maakten. Na nog een kleine stop bij een gestrand schip bracht het busje ons weer terug in Punta Arenas. In de avond bereidden Roos en ik weer eens iets wat we al lang niet meer gehad hadden: pannenkoeken! Les van de dag: Manuel Sanchez bouwde in 1954 een huis op de Calle Zavatarro in Porvenir. Precies, op deze informatie zaten wij dus ook niet te wachten tijdens ons bezoek aan het Porvenir museum.
Woensdag 15 november
Behalve het spotten van vogels in een smoking hadden Roos en ik weinig andere plannen geheel in het zuiden van Patagonië. Roos hoopte stiekem een last-minute cruise naar Antarctica te kunnen fixen en zo ook nog een de grote broers van deze beesten, de keizerspinguïns te kunnen zien, maar dat zat er helaas niet meer in. Overdag zorgden we dat we weer helemaal up-to-date waren met al onze digitale rompslomp. Laat in de middag begaven we ons richting het vliegveld van Punta Arenas om daar onze vlucht naar Santiago te nemen. Ondanks dat we de aflopen tijd behoorlijk wat kilometers afgelegd hadden, was het weer lang geleden dat we in een vliegtuig zaten. Met dit keer het Chileense equivalent van Ryanair vlogen we in drie uurtjes naar de hoofdstad. Onderweg kregen we nog even een geweldig uitzicht op het Los Glaciares National Park en zelfs de Tres Torres die zich een aantal dagen geleden in de wolken verstopten waren vanuit de lucht heel goed te zien. In Santiago aangekomen hadden we moeite om een Uber te vinden (ook in dit land is het eigenlijk niet legaal), maar na een ontmoeting met een ander Nederlands stel en handjeklap met hun Uber chauffeur kwamen we dan toch bij ons hostel aan. De ontvangst bij Hostel Kombi was nogal vreemd aangezien de receptionist naar alcohol rook en zich ook zo gedroeg. Na eerst het verkeerde bed toegewezen te hebben gekregen, werden we toch nog naar onze eigen slaapplekken gebracht. Het voelde allemaal wat vreemd aan. De rest van de nacht beukte de beats van de ernaast gelegen technoclub gestaag door onze slaap heen. Les van de dag: hostel “Kombi” moet waarschijnlijk staan voor de combinatie drank en drugs, want de meeste andere hostelgenoten (inclusief dus het personeel) zagen er niet zo fris uit.
Donderdag 16 november
Onze nachtrust werd heel vroeg in de ochtend ruw verstuurd door een totaal hysterisch meisje wat volledig door het lint ging vanwege… ja vanwege wat eigenlijk? Roos en ik hadden onze rare-momenten-taks in dit hostel bereikt en besloten geen nacht meer bij te boeken maar op zoek te gaan naar iets beters. Dat hadden we gelukkig snel gevonden. Op een paar honderd meter afstand vonden we een plekje in hostel Providencia. Dit enorme hostel had een veel betere vibe, maar liefst drie keukens en veel leuke algemene ruimtes. Roos en ik installeerden onze spullen op de kamer en besteedden onze tijd aan het uitzoeken voor onze mogelijkheden in Santiago. Les van de dag: Providencia was het grootste hostel dat we tot nu toe gezien hadden. Drie dagen later ontdekte ik nog steeds nieuwe badkamers.
Vrijdag 17 november
In Zuid Amerika is een Free Walking Tour de manier bij uitstek om een stad te verkennen, dus om tien in de ochtend sloten we ons aan op de Plaza de Armas bij onze gids Leon. Leon kon niet verklaren waarom er vandaag spontaan 47 mensen kwamen opdagen voor de tour terwijl het de afgelopen dagen het niet verder kwam dan vijf à zes. Met een buslading aan geïnteresseerde toeristen van gevarieerde nationaliteit trokken we dus door de stad. Leon liet ons de cerro’s, barrio’s en plaza’s van Santiago zien. Speciale aandacht kreeg het presidentieel paleis dat een belangrijke rol speelde bij de roemruchte historie rondom de militaire coup in 1973. De tour eindigde in Bellavista, de artistieke Bohemen- en uitgaanswijk van de stad. Met alle street art die hier te vinden was, wist ik dat ik hier zeker een keer terug wilde komen. Maar eerst was het tijd voor Roos en mij om weer eens iets actiefs te gaan doen. Hardloopschoenen aan (eigenlijk gewoon m’n hikingschoenen, maar ik heb niets anders bij) en we gingen dwars door de stad voor een rondje. Onze run voerde voornamelijk langs de Mapocho rivier, wat er eigenlijk meer uitziet als een open riool dan als een rivier. Na onszelf weer uitgeput te hebben in de warmte van Santiago werden we op het hostel beloond met een happy hour pisco sour. En met “happy” bedoelen ze in Providencia “free”, yay! Les van de dag: “Arandano” is het Spaanse woord voor bosbes. Handig om te weten als je een denkt een niet-zoet speciaalbiertje te bestellen.
Zaterdag 18 november
Na een verhuizing binnen het hostel en het uitgebreide ontbijt wat er in Providencia geserveerd werd trokken Roos en ik er op uit om de Cerro San Cristobal te verkennen. Deze berg ligt midden in de stad en doet zijn dienst als enorm stadspark. We liepen de berg omhoog en kwamen aan bij een beeld van de Maagd Maria die op een Rio-Jesus-achtige manier over de stad uitkijkt. Na het uitkijkje over de stad met meer dan zeven miljoen inwoners daalden Roos en ik weer af en liepen de wijk Bellavista in. Overdag is het in de vele cafétjes en clubs van deze cerro nog vrij rustig, maar ’s nachts barst het hier volledig los. In de luwte konden we dus in alle rust genieten van de aanwezige versieringen van de stad in de vorm van muurschilderingen, iets waar Europa wat mij betreft een voorbeeld aan kan nemen. Hierna vervolgde onze weg naar de zuidelijke zijde van de Mapocho en bestegen we een andere heuvel van de stad: de Cerro Lucia. Dit kleinere park geeft een knusser zicht op de omringende wijken. Na een Chileens wijntje op een terrasje besloten we deze toch al geslaagde dag af te sluiten met sushi. Les van de dag: hoewel Chili een rijke wijncultuur heeft wisten wij toch, voordat we succes hadden, twee terrasjes in Santiago te vinden waar het blijkbaar onmogelijk was om een glaasje wijn te bestellen.
Zondag 19 november
Omdat er vandaag verkiezingen waren in Chili, lag zo’n beetje het hele land stil. Musea, tours, bars, het was allemaal gesloten. Dit was de tweede keer dat we te maken kregen met verkiezingen tijdens onze reis, dus Roos en ik hadden besloten om deze dag weinig buiten de deur te gaan doen. De tijd konden we prima gebruiken voor het in elkaar monteren van een filmpje waar we heimelijk al een hele tijd mee bezig waren. Twee vrienden van ons gingen binnenkort trouwen en op veel verschillende plekken hadden we hiervoor korte fragmenten opgenomen. (Dit kan ik nu zonder problemen melden wat bij publicatie van deze blog is hun grote dag al geweest.) In meer dan een werkdag monteerden we minutieus een filmpje van nog geen twee en halve minuut in elkaar. Toen we tevreden waren met het resultaat was het eigenlijk alweer tijd om naar bed te gaan. Les van de dag: voor het filmpje hebben we veel verschillende locals gevraagd iets in het Nederlands in te spreken. Ons taaltje blijkt verdomd lastig voor de rest van de wereldbewoners.
Maandag 20 november
Wie Chili zegt, zegt wijn. Hoewel we de afgelopen tijd al vaker genoten hadden van een glaasje lokale druivennat, vonden we het tijd om ook de productie eens van dichtbij te zien. Met de metro begaven we ons naar een buitenwijk van Santiago waarna het nog een kleine drie kilometer lopen was naar de wijngaard van Viña Cousiño Macul. Deze 160 jaar oude wijngaard was inmiddels omringd door de alsmaar groeiende stad, maar hield met 40 hectare nog steeds stevig stand in de urbanisatie. Na een tour langs de wijngaarden, de kelders en de productieruimtes wisten we hoe de wijn gemaakt werd. Nu nog weten hoe het smaakt! (Hier kwamen we natuurlijk voor.) Na twee proefglaasjes wit en twee rood waren we blijkbaar nog niet genoeg voorzien van alcoholische versnaperingen, want teruggekomen op het hostel was het terremoto happy hour. En ja, “happy” betekende wederom “free”, yay! Les van de dag: onze sommelier en wijn-tourguide was zo vrijzinnig dat hij vrijwel elke smaak die je kon opnoemen bij de proeverij goedkeurde.
Dinsdag 21 november
Roos en ik begonnen de dag met een stuk hardlopen. De Cerro San Cristobal hadden we inmiddels al verkend door hem een keer beklimmen, vandaag renden we er een rondje omheen. Na onze ochtendgymnastiek en het ontbijt gebruikten we de dag verder vooral om te ontspannen en ons wat verder voor te bereiden op onze aankomende oversteek naar het volgende continent. Naar ons idee hadden we de interessante punten van Santiago afgevinkt en aangezien onze vlucht pas de volgende dag ging hadden we tijd om te chillen. Onder het motto van Dinsdag Sin Day stonden we het onszelf toe om een keer uitgebreid te gaan uiteten, uiteraard gecombineerd met een goed glas Chileense wijn. Les van de dag: onze Sin Day viel eigenlijk wel mee. Uiteindelijk was dit misschien wel één van de gezondere dagen.
Woensdag 22 november
In de ochtend vonden Roos en ik het een goed plan om nog eens een rondje om de Cerro San Cristobal te rennen. Omdat de autoriteiten ons niet bij de hoofdingang naar binnen lieten (geen idee waarom niet) liepen we dit keer het rondje om de berg tegen de klok in. (Waarna we vrolijk door de hoofdingang weer naar buiten liepen). We checkten uit bij het hostel waar we zo’n fijne tijd hadden gehad en bleven in één van de algemene ruimtes hangen met wat online bezigheden. In de middag gingen onze backpacks weer op de rug en via een metrolijntje en een pendelbus stonden we weer in de drukte van het vliegveld van Santiago. Tijdens deze reis heb ik maar weer eens gemerkt dat vliegen niet mijn favoriete vervoerstype is. Natuurlijk bevalt het voedsel en films aan boord. Maar de hassle rondom inchecken, gatewissels en veiligheidscontroles maakt een vliegreisje toch altijd een gedoe. Zeker voor het korte eerste deel van onze reis, waarin we in krap twee uur vliegtijd op onze eerste stop in Buenos Aires aankwamen. Daar aangekomen moesten we tot iets na middernacht wachten voordat we definitief adios zouden gaan zeggen tegen onze tijd in Zuid Amerika. Les van de dag: na vier maanden Zuid Amerika ben ik nog lang niet uitgekeken op dit continent. Hasta luego America del Sur.
Overnachtingen
- Wild Hostel, Puerto Natales (2x)
- Campamento Grey, Torres del Paine
- Campamento Paine Grande, Torres del Paine
- Campamento Frances, Torres del Paine
- Campamento Central, Torres del Paine
- Endless Sky Hostel, Punta Arenas
- Kombi Hostel, Santiago
- Providencia Hostel, Santiago
Afstanden
- El Calafate – Puerto Natales: 272 km
- Puerto Natales – Torres del Paine – Puerto Natales: 153 km
- Puerto Natales – Punta Arenas: 248 km
- Punta Arenas – Santiago: 2190 km
- Santiago – Buenos Aires: 1067 km
Subtotaal: 3930 km
Totaal: 69069 km